Wall Street: Money Never Sleeps
Ruim twintig jaar na WALL STREET, toen de financiële crisis zijn schaduw wierp over vele Amerikaanse huishoudens, besloot filmmaker Oliver Stone dat er een opvolger moest komen van zijn succesfilm uit 1987. Stone zag de ineenstortende economie als uiterste consequentie van het adagium greed is good waarmee zijn personage Gordon Gekko in 1987 furore maakte op zijn fictieve beursvloer. Met een niet mis te verstane verwijzing naar Goldman Sachs toont WALL STREET: MONEY NEVER SLEEPS hoe de fictieve bank Churchill Schwartz is doorgeschoten in zijn gulzigheid door een decennialang systeem van beleggen met geleend geld. Waar banken ooit winst behaalden voor de sparende klant door de lenende klant rente te berekenen, hebben banken gedurende de hoogconjunctuur zo verregaand gespeculeerd met geld van klanten en leningen van andere banken, dat de stagnerende huizenmarkt het hele systeem heeft doen instorten. Tijd voor een sequel, vond Oliver Stone.
WALL STREET: MONEY NEVER SLEEPS begint met de vrijlating van Gordon Gekko na een gevangenisstraf van tien jaar. Vrijgekomen vecht Gekko zich terug met de publicatie van zijn boek ‘Is Greed Good?' en het geven van lezingen waarin hij het failliet van de oude, risicovolle manier van speculeren afkeurt. Eén van zijn toehoorders is de jonge beurshandelaar Jake Moore (Shia LaBeouf), verloofde van Gekko's dochter Winnie (Carey Mulligan). Aangezien Winnie haar vader verantwoordelijk acht voor het uit elkaar vallen van hun gezin, wil ze niets meer met hem te maken hebben. Jake is vanzelfsprekend geïntrigeerd door zijn gladde schoonvader, zeker als deze hem kan helpen aan een financiële injectie van een van zijn groenestroomprojecten. Intussen probeert Jake nog wraak te nemen op de man die hij aansprakelijk houdt voor de zelfmoord van zijn mentor, wiens rollen respectievelijk worden gespeeld door acteerkanonnen Josh Brolin en Frank Langella.
Een gesjeesde en leergierige beurshandelaar laat zich verleiden tot het spel met geld én moraal als inzet, waar zagen we dat eerder? Juist, in de originele WALL STREET. Door zijn eigen origineel goeddeels te kopiëren en zijn vertelling slechts te verplaatsen naar de hedendaagse wereld van gedesillusioneerde beleggers en omvallende banken blijft Oliver Stone op beproefd terrein. Op de vrouwenrollen van Carey Mulligan en Susan Sarandon als Jake's hebzuchtige moeder na is er weinig nieuws onder de zon, maar WALL STREET: MONEY NEVER SLEEPS lijdt daar weinig onder. Na de openingsscène laat de sequel ons een half uur wachten op Gordon Gekko, maar dat wachten wordt beloond. Michael Douglas zet het vileine geldmonster opnieuw meesterlijk neer en laat de kijker lang in de onzekerheid te zijn veranderd of niet. Diep van binnen hoop je van niet, want een antiheld als Gekko zien we graag, maar Stone weet in zijn verder weinig verrassende terugkeer naar Wall Street wel te bewerkstelligen dat we zo meeleven met Jake en Winnie dat we Gordon dit keer het voordeel van de twijfel geven.